۟

En vertel (O Moehammad) in het Boek over Môesa: hij was een uitverkorene en hij was een Boodschapper, een Profeet.
۟
En Wij riepen hem van de rechterzijde van (de berg) Thôer en Wij brachten hem dichterbij Ons, zachtjes smekend.
۟
En Wij schonken hem van Onze Barnhartigheid zijn broeder Hârôen, een Profeet.
۟ۚ
En vertel in het Boek over Ismâ'îl: hij was trouw aan zijn beloften en hij was een Boodschapper, een Profeet.
۟
En hij placht zijn familie de shalât en de zakât te bevelen en hij vond welbehagen bij zijn Heer.
۟ۗۙ
En vertel in het Boek over Isrîs: hij was een oprechte, een Profeet.
۟
En Wij verhieven hem in een verheven positie.
۟
Zij zijn degenen die Allah begenadigd heeft onder de Profeten van de nakomelingen van Adam en degenen die Wij met Nôeh (in de ark) droegen en onder de nakomelingen van Ibrâhîm en Isrâ'îl en onder hen die Wij geleid en uitgekozen hebben. Wanneer aan ben de Verzen van de Barmhartige worden voorgedragen, buigen zij knielend neer en huilen.
۟ۙ
Maar na ben volgden andere generaties, die de shalât achterwege lieten en de begeerten volgden. Daarom zullen zij verlies tegemoet zien.
Notes placeholders