100surah

Vertaling door

Sofian S. Siregar (Wijziging)

100:1

وَالْعٰدِیٰتِ
ضَبْحًا
۟ۙ

Bij de snuivend voortrennenden.

100:2

فَالْمُوْرِیٰتِ

قَدْحًا

۟ۙ

Die vonken slaan.

100:3

فَالْمُغِیْرٰتِ

صُبْحًا

۟ۙ

Die in de ochtendschemering aanvallen.

100:4

فَاَثَرْنَ

بِهٖ

نَقْعًا

۟ۙ

Die daarbij stof opwerpen.

100:5

فَوَسَطْنَ

بِهٖ

جَمْعًا

۟ۙ

Die dan het midden van de gelederen (van de vijand) doorbreken.

100:6

اِنَّ

الْاِنْسَانَ

لِرَبِّهٖ

لَكَنُوْدٌ

۟ۚ

Voorwaar, de mens is zijn Heer zeker ondankbaar.

100:7

وَاِنَّهٗ

عَلٰی

ذٰلِكَ

لَشَهِیْدٌ

۟ۚ

En voorwaar, hij is daar zeker getuige van.

100:8

وَاِنَّهٗ

لِحُبِّ

الْخَیْرِ

لَشَدِیْدٌ

۟ؕ

En voorwaar, hij heeft zeker een hevige liefde voor bezit.

100:9

اَفَلَا

یَعْلَمُ

اِذَا

بُعْثِرَ

مَا

فِی

الْقُبُوْرِ

۟ۙ

Weet hij dan niet dat, wanneer naar buiten wordt gekeerd wat in de graven is.

100:10

وَحُصِّلَ

مَا

فِی

الصُّدُوْرِ

۟ۙ

En onthuld wordt wat in de harten is.

100:11

اِنَّ

رَبَّهُمْ

بِهِمْ

یَوْمَىِٕذٍ

لَّخَبِیْرٌ

۟۠

Dat hun Heer op die Dag zeker Alwetend over hen is?

Tip: probeer te navigeren metctrlK

Notes placeholders

وَالْعٰدِیٰتِضَبْحًا۟ۙ

وَالْعٰدِیٰتِ
ضَبْحًا
۟ۙ